Dobre Djin Oekraïne
Oppervlakte 603500 km2 14x Nederland
LVIV
Met een uurtje rijden zijn we bij het grensplaatsje Hrebenne. Ik voel me helemaal niet relaxt na het lezen van wat passages uit de Engelse reisgids, maar wil me ook niet te veel laten beïnvloeden door een schrijver.
Polen uit gaat vlot,
paspoortcontrole en het nummer van de auto is in de computer gezet.
De
douanebeambte weet precies waar hij het carrosserienummer moet vinden onder de motorkap.
We
passeren vervolgens rijen vrachtauto's. Het personenauto gedeelte gaat
voorspoedig. We hebben het idee gehad dat het wel een paar uur zou kunnen duren,
maar in 1 ¾ uur zijn we er doorheen.
Wat papiertjes ingevuld, allebei uitstappen
en voor het loket verschijnen, nummers intypen van kentekenbewijs en groene
kaart in
een computer en even in de auto kijken, dus alle horror verhalen van 6 uur
wachten, hebben we niet meegemaakt.
Nicoline was inderdaad nog niet gerustgesteld want tijdens de gehele grens procedure gierden de zenuwen door haar lichaam, aan de andere kant kwam alles weer in orde toen bleek dat het land er eigenlijk heel gewoon uitzag en we alleen de borden niet konden lezen. |
We koersen af op Lviv (ЛЬBіB).
Lviv is de hoofdstad van de provincie Gallicië, deze provincie en de noordelijke provincie Volhynia zijn vroeger Pools grondgebied geweest. Het Oekraïens nationalisme schijnt in Lviv zijn oorsprong te vinden. In dit westelijk deel van Oekraïne weigert men Russisch te spreken en spreekt men steevast Oekraïens. Dit in tegenstelling tot het oostelijk deel van de Oekraïne waar Russisch de voertaal is. De weg naar Lviv is redelijk, breder dan in Polen. In Lviv zelf is dat een heel ander verhaal en worden de waarschuwingen van een slechte weg helemaal waargemaakt, kasseien met kuilen en tramrails die centimeters boven het wegdek uitsteken en uitlaatgassen. We rijden stapvoets zoals ook de ernstig verouderde bussen en trammetjes. We vinden geen camping, maar wel een klein hotel op ongeveer 15 minuten loopafstand van het centrum. |
||
De bus kunnen we
achter een hek parkeren en dat geeft een rustig
gevoel. We struinen door de stad, bewonderen mooie gebouwen en monumenten en kijken onze ogen uit naar het dagelijkse leven. Veel kleine marktjes waar van alles wordt verkocht: bloemen, oude militaire Sovjet petten etc. Het is trouwens heel normaal om 's morgens vroeg al met een ½ literfles bier op straat te lopen. We kennen dit van Rusland, maar het is in het begin toch weer even apart om het te zien. We eten in een Oekraïens restaurant waar gasten spontaan melancholisch aan het zingen zijn. We leren ons eerste woord Oekraïens van een aardige serveerster: dank je wel, 'djakoejoo' |
||
De Nazi's en Sovjets hebben in 1939 een niet
aanvalsverdrag gesloten en daarbij verdeelden ze Oost Europa onder elkaar en de
Sovjets kregen het recht Oost Polen (West Oekraïne) in te lijven. Het Rode Leger trok binnen en in korte tijd werden een half miljoen mensen naar Siberië gedeporteerd. In 1941 vielen de Nazi's onverwacht de Sovjet Unie toch aan en werden in dit gebied als bevrijders ontvangen, waarna echter de Nazi terreur begon en twee miljoen Oekraïners als Ostarbeiter ingezet werden in de Duitse oorlogsindustrie en de Joden en Zigeuners vervolgd en nagenoeg uitgeroeid werden. In 1943 en '44 werd dit gebied weer bevrijd door de Sovjets en vervolgens bezet. Met instemming van de geallieerden tijdens de Conferentie van Jalta (feb. 1945) voegde Stalin de veroverde gebieden toe aan de Oekraïense Sovjet Republiek en voerde een etnische zuivering door. WO II kostte aan ruim 6 miljoen inwoners van Oekraïne het leven waaronder 2.5 miljoen Joden. Terugkerende Ostarbeiter die de werkkampen in Duitsland overleefd hadden werden als collaborateurs met de Duitsers gezien en naar Siberië gestuurd. Veel speelde zich af in dit omstreden gebied waar we nu zijn en Lviv, het vroegere Poolse Lemberg is er het middelpunt van. Een droevige geschiedenis, een mooie stad om te zien. We kruipen en stuiteren na twee dagen de stad weer uit. |
4/5 juli 2006. Onderweg naar Kiev (КИЇВ)
Gelukkig hebben we
in Polen een vrij gedetailleerde wegenkaart kunnen vinden met zowel het Romaanse
als het Cyrillische schrift, zodat we steeds kunnen ontcijferen waar we
heen gaan. Het eerste doel is Ternopil. De weg valt mee, maar regelmatig wel
grote gaten. Onderweg veel verkoop langs de kant van de weg: bramen, bessen,
gezouten vis, bezems, kinderspeelgoed, grote kussens. We zien waterputten
in de dorpen, een motor met zijspan en aanhanger waar hooi op wordt geladen en
we proberen ons voor te stellen hoe het leven van deze mensen is.
Ook de in
Nederland afgekeurde vrachtwagens rijden ons tegemoet (Alberts & Zn, Van
Dommelen, Visbeen). We rijden door de oude, stinkende, Russisch aandoende
industriestad Khemel'nytsyi en zoeken zo langzamerhand een plek om te slapen. We
volgen de bordjes met een bed en denken een klein hotel gevonden te hebben. Er
komt een boom van een vent naar buiten met een volledig gouden ondergebit (type
uit een James Bond film) en hij maakt ons duidelijk dat het geen hotel is.
Vinden we eigenlijk ook niet meer zo erg.
We rijden dus door en vermoeden dat over 20
km een hotel komt (campings hebben we even opgegeven). We vinden het hotel, maar
het is nog in aanbouw. Echter, een pientere mevrouw wijst ons de weg naar een
aantal kleinere gebouwtjes langs de weg, een soort wegrestaurant met een
Engels sprekende manager en we kunnen een kamer huren. Dit kan per uur (!), per 12 uur, maar
18 uur is ook goed en we spreken een prijs af. Het plaatsje heet Medzhybizh en blijkt een plaatsje te zijn
voor Joodse pelgrims om het graf van Besht te bezoeken, de stichter van Hasidism.
We praten wat met de
manager die uit Rusland blijkt te komen en voor het Sovjet leger in Hongarije
heeft gediend. Voor hem een openbaring. Hij ontdekte toen dat er ook andere culturen cq. mensen zijn dan de koele Russen zelf.
Na de Perestrojka heeft hij een aantal
jaren in Argentinië gewoond.
Hij wil graag naar de
warmbloedige mensen terug. Nicoline in gesprek met de manager, ze heeft een nieuwe bril maar ik vraag me af of de sterkte wel correct is.... |
We volgen nu de E40 die in Oostende
begint en eindigt bij de Russische grens richting Rostov. Na Duitsland wordt de kwaliteit snel minder. Soms goed maar om het spannend te maken plotseling een wasbord of kuilen. Het wegdek kan het zware verkeer niet aan en dikwijls zijn de binnenwegen beter. De weg is tweebaans, soms driebaans wat het niet veiliger maakt en loopt door steden en dorpen. In de steden is het wegdek altijd erg slecht, kapot gereden, grote gaten en ontbrekende putdeksels. Onze gewoonte om netjes langzaam rechts te rijden om ons zelf de kans te geven te zien waar we heen moeten is afgeschaft nadat we een put zonder deksel op een haar na konden ontwijken. Er wordt wel aan gewerkt, een freesmachine maakt 5 cm diepe sleuven en erachteraan komt de asfaltkruiwagen en de teeroven. Alleen die gaan veel langzamer zodat de frees kilometers vóór is en extra gaten creëert. Ook mag alle verkeer van de (snel)weg gebruik maken, paard en wagen, oude tractoren, rokende motoren met volgeladen zijspan en zijn er oversteekplaatsen voor voetgangers en plaatsen om te keren en terug te rijden. Bewaakte en onbewaakte spoorwegovergangen zijn er in overvloed en 20 km/uur er overheen is meestal aan de snelle kant. Het is geen ramp maar het blijft opletten. Per dag passeren wij gemiddeld 5 politiecontroles maar zijn nooit aangehouden. |
5/6 juli 2006. Kiev
Via Vinnytsia en
Zhytomyr komen we aan in Kiev wat men beschouwt als de bakermat van de Russische
staat, daarna komen St.Petersburg en Moskou.
Veel kerken en kloosters hebben een
Russisch uiterlijk en worden beschouwd als de oudste Russisch-orthodoxe
heiligdommen ter wereld.
Kiev is een
miljoenenstad die langzaam voor ons opdoemt. Tijdens de koffiestop onderweg
heeft Nico me uitgelegd hoe hij de stad wil inrijden en ik denk het te
begrijpen, mijn links-rechts oriëntatie is nooit volledig uitgerijpt en dat is
nu wel erg onhandig.
Het verkeer is druk en
niemand houdt zich echt aan de regels. Drie rijen dik rijdt men gewoon door
rood. Ik heb het gevoel dat de auto's van alle kanten om me heen vliegen. Best erg
spannend. Navigeren is niet mogelijk maar zolang we heuvel af rijden komen we
vanzelf bij de rivier en dan zien we wel verder.
We rijden zo goed mogelijk Oost en uiteindelijk steken we de meest zuidelijke brug over de rivier de Dnjepr over en belanden in een nieuwbouwwijk. Het plattegrondje uit één van de boekjes helpt ons een hotel te vinden en na het inchecken zoeken we een terras aan de rivier.
Ver weg aan de andere
kant van de Dnjepr zien we een
gigantisch beeld. Met de telelens kunnen we het bekijken en bij navraag blijkt het de 'Rodyna Mat' (Nation's Mother) te
zijn, een vrouwelijke strijdster met in haar ene hand een zwaard en in de andere
een schild met het wapen van de Sovjet Unie. Het beeld is 62 meter hoog en geheel van titanium. Het is een oorlogsmonument ter verheerlijking van de Sovjetoverwinning op het fascisme. In het beeld zelf is dan ook het groot Patriottisch oorlogsmuseum gevestigd. De volgende dag gaan we lopen naar dat beeld en de stad. Via de Paton's brug over de Dnjepr komen we aan bij de Rodyna Mat. Binnen het museum ligt de gevallen Duitse adelaar op de grond en verder veel informatie en verheerlijking van de overwinning. Buiten staan twee versierde tanks, een Duitse en een Russische, gebroederlijk bijeen als teken van de vrede. |
||
Het bezoek aan het museum is indrukwekkend. |
We lopen verder via de Khreschatyk boulevard,
langs de Kievo-Pechersky kathedraal naar het
onafhankelijkheidsplein, Maidan Nezalezhnosti. Onderweg komen we wat kerken tegen, een mooi groot park en we lopen door de dure ambassade wijk vol met vette MPV's. Het verschil tussen rijk en arm is groot. |
||
Kiev is de moeite waard om te
zien. We hebben kilometers gelopen en zijn zo laf om aan het eind van de dag een taxi terug te nemen naar het hotel. Na twee dagen trekken we verder. |
Het onafhankelijkheidsplein
is o.a. de plek waar zich in 2004 de geweldloze Oranjerevolutie heeft afgespeeld nadat vervalste presidents verkiezingen tot de overwinning van de Moskou-gezinde Viktor Janoekovitsj leidden. Na een nieuwe verkiezingsronde kwam Viktor Joesjtsjenko als winnaar uit de bus. Deze ging de strijd aan met de diepgewortelde corruptie in het land. Tientallen dubieuze privatiseringen zijn teruggedraaid o.a het grootste staalconcern wat aan de schoonzoon van de vorige president Koetsjma was gegeven voor 670 miljoen euro. Na een openbare veiling heeft Mittal Steel het bedrijf gekocht voor 4 miljard euro. Ook stuurde hij het gehele verkeerspolitiekorps naar huis vanwege de bijverdiensten die ze maakten met onterechte bekeuringen. Helaas, na negen maanden stuurt hij zijn eigen regering en medestanders ook naar huis vanwege corruptie. Het is lastig uitroeien dus. Tijdens onze tijd hier is er veel herrie over de vorming van een nieuwe regering. |
Tsjernobil, 100 km ten
Noorden van Kiev hebben we overgeslagen, ramptoerisme in niet onze favoriete
bezigheid. Een gebied 30 km rond de centrale is nog steeds verboden. De explosie werd eerst door de Russen verzwegen en de bewoners van Kiev zijn pas weken later geïnformeerd. |
7 juli 2006. Op weg naar de Krim
We rijden rond 9.00u
weg en zakken gedeeltelijk langs de Dnjepr af naar het zuiden. Regelmatig staan we stil om richtingborden en de kaart te bestuderen om te zien waar we heen moeten. Ook hebben we veel gemak van de koers op de GPS ontvanger, die hier verder geen gegevens heeft maar wel de richting aan kan geven. Onderweg, veel graan-, maïs-, en roggevelden en zonnebloemen in overvloed. We passeren kleine dorpjes en veel mensen zwaaien naar ons. Later begrijpen we dat de kleine openbaar vervoer busjes ook een gele nummerplaat hebben, ander vervoer heeft een witte plaat. Pas op het laatst zien ze dat we een ander busje zijn, maar we zwaaien wel terug. Onderweg hebben we geen behoorlijke slaapplaats kunnen vinden en ook geen geschikte plekken om in het wild te kamperen. Na 10 uur rijden over 500 km komen we aan in de stad Zaporizhzhia. |
||
In Zaporizhzhia
vinden we een Intourist hotel aan de Leninboulevard. Na het inchecken
lopen we wat rond om de benen de strekken.
Op een gegeven moment zien we een bar/restaurant
'МУСТАНΓ' en als we binnen zijn blijkt het een half vliegmuseum te zijn. We ontcijferen dat de
bar 'Mustang' heet en een onderdeel is van een keten.
Een 'Americano'
heeft er ook iets mee te maken begrijpen we van een zeer
operationele serveerster die nauwelijks Engels spreekt. Ze helpt ons aan een biertje
met een kaasplateau, hierna gaan we plat.
8 juli 2006. Zaporizhzhia. Rustdag
Weer: bewolkt en een
beetje regen, 23°.
Het is een industriestad met een grote kern- en waterkracht centrale in de grote
stuwdam in de Dnjepr.
We besluiten time-out te nemen en deze stad te bekijken. We lopen de Leninboulevard (6.5 Km) af naar de stuwdam om naar het grote verval, 40 m, van de rivier te kijken. We maken het schutten van een vrachtboot en cruiseschip mee. We kunnen ons wel voorstellen dat vroegere boten op het nabije eiland Khortytsya rust hebben genomen nadat ze dit deel van de rivier met stroomversnellingen heelhuids hadden gepasseerd. |
Onderweg komen we
weer een standbeeld van Lenin tegen. De standbeelden van Lenin zijn blijven staan, van Stalin zien we er geen meer. De boulevard is breed met oude statige Russische gebouwen en vergeleken met andere steden weinig verkeer. We nemen een taxi terug en beginnen aan onze voorbereidingen voor morgen, want dan willen we de hoofdstad van de Krim, Simferopol bereiken. |
Zaporizhzhia.
Vroeger het hoofdkwartier van de
Kozakken, zij hadden een fort in het midden van de rivier. In de Sovjetperiode
werd deze stad het middelpunt van de
Russische staalindustrie. De productie is echter sterk afgenomen doordat de vraag van de oorlogsindustrie weggevallen is. Hier werd vroeger de goedkoopste sovjetauto, de Zaporozjets, geproduceerd. Het Zuid Koreaanse Daewoo heeft nu in deze fabriek geïnvesteerd. De luchtvervuiling is door de verminderde productie van staal afgenomen maar nog duidelijk aanwezig. Ook is hier de grote Dnjepr stuwdam gebouwd, 800 meter lang en 61 meter hoog. Het verval is ongeveer 40 meter, de hoogte van het flatgebouw van 12 verdiepingen waar wij wonen. Na het schutten varen de schepen diep beneden ons door. De Hydro-elektrische centrale voorziet de omliggende industrie en een groot deel van het land van stroom. Hier is ook de grootste nucleaire centrale van Europa gebouwd en nog in bedrijf. |
9 juli 2006. Op weg naar de Krim
Weer: zwaar bewolkt, regen aan het eind van de dag, 18° tot 24°
Na het ontbijt, wat
we in een oude Russische zaal nuttigen, rijden we weg.
De weg is eenvoudig te
vinden deze keer, omdat in Zaporizhzhia, Simferopol al staat aangegeven.
Het
landschap is heuvelachtig aan het worden. Naast de graan- en zonnebloemvelden
ook weer veel kleine marktjes. De waar varieert van gezouten vis tot kussens en
van jam, meloenen tot uien.
Het zal wel allemaal verkocht worden denken we,
anders zaten ze er toch echt niet.
De Krim komt in zicht. Van oudsher is hier veel strijd geweest. Grieken, Turken, Russen hebben er om gevochten.
Na 3581km hebben we de Krim bereikt.
Het binnenrijden van de Krim is weer een aparte ervaring. We passeren een grenspost.
Een ex Vopo houdt
ons aan en we begrijpen na wat gebarentaal dat we 10 Hryvnia moeten betalen om
verder te mogen.
Uiteindelijk krijgen we een glimlach retour.
We hebben al gelezen dat de Krim
een autonome republiek is binnen Oekraïne met een eigen grondwet, eigen
parlement en eigen vlag (wit met een dunne rode en blauwe streep), vandaar dit
'grenspostje' dus.
De Krim is Russisch georiënteerd.
De Krim. Veel landen hebben om de Krim gevochten en er over geregeerd. In 1921 kreeg het de status van Autonome Sovjet Republiek. De Nazi's hebben het in de oorlog 2 jaar bezet. Daarna weer een Autonome Sovjet Republiek maar in 1954 door Chroetsjov, die de Oekraïne een warm hart toedroeg, in het kader van de 300 jarige viering van de 'Pereyaslav' overeenkomst tussen Rusland en Oekraïne als annexatie gift aan Oekraïne overgedragen. Veel Russen zeggen dat hij toen dronken was. Het blijft een beladen gift waar het laatste woord nog niet over gesproken is. Vroeger een oord voor de rijke Russen die hier hun buitenhuizen bouwden, nu een gebied waar het massatoerisme op gang gekomen is. Staande zonnen op overvolle stranden schijnt een oude Russische hobby te zijn want plaats om te zitten is er niet in het seizoen. |
Tijdens het rijden besluiten we eerst Oost naar Feodosia te rijden en vandaar weer naar het westen te koersen. Voordat we Feodosia bereiken, komen we langs echt heel arme wijken en dat is minder leuk om te zien.
We zien in de verte
een donkere lucht en hopen dat de bui voorbij drijft, maar we duiken er midden
in en het hoost echt en dat terwijl ons is verzekerd dat het nooit regent op de
Krim.
We stoppen maar even en wachten tot het ergste voorbij is. Stapvoets
rijden we door het stadje op zoek naar een hotelletje. Geen idee waar we heen
moeten, de poging om een taxi achterna te rijden lukt niet, want die stopt
vanwege de hoeveelheid water.
Na wat ronddraaien zien we een luifel met vlaggen
en dat blijkt goed te zijn. We treffen een Engels sprekende receptioniste en
alles is weer in de hand. Even later zitten we in de sportsbar en bestellen een
biertje.
We hebben de keus 'light' of 'unfiltered'. We kiezen voor 'light' en
krijgen de volgende uitleg: "It is beer with a Belgium technology and Ukraine
water."
We vragen aan de barman wie volgens hem de wereldbeker gaat winnen. Hij
denkt Frankrijk. We vragen of Oekraïners voor Frankrijk zijn. Hij zegt: "I don't
know, I'm Russian."
"Where are you from in Russia?"
"I'm from Crimea." Het Russisch georiënteerde is duidelijk.
De oorspronkelijke bewoners van de
Krim zijn de Krimtataren, afstammelingen van de Mongolen en de Turken. Deze
Krimtataren werden onder Stalin meedogenloos aangepakt. Op verdenking van collaboratie met de Duitsers deporteerde hij in 1944 de gehele Krimtataarse bevolking in veewagens naar Siberië. Pas in 1989 gaf de Sovjetregering de Krimtataren toestemming terug te keren naar hun vaderland waar hun eigendommen intussen ingenomen waren door de daar wonende Russen en Oekraïners. Zij wonen nu in sloppenwijken aan de rand van de steden, maar hun aantal groeit en de spanning onder de bevolking neemt toe. De Krim is nog lang niet uit de problemen. |
10 juli 2006. Feodosia
Weer: zonnig, 25° tot 30°
De naam Feodosia komt trouwens van het Griekse Theodosia (door God gegeven). Het is een oude handelsplaats.
We vragen aan de balie of ze informatie hebben over ferry's naar Turkije of Roemenie. Nee, dat hebben ze niet (Nobody asked us before, so we don't know). We lopen rond in Feodosia. Een badplaats met veel oude vervallen Russische glorie. Echt zonde hoe alles is verwaarloosd.
We kijken op het stampvolle strand met de vele kermisattracties en stalletjes met souvenirs en nog Kodak foto- en diafilmpjes.
Je kunt, à la Volendam, een foto in oude Russische kleding laten maken,Tsjarina Nicolina.
Kortom een relaxte vakantiesfeer heerst alom.
De trein vertrekt dwars door de overstekende toeristen, het is opletten geblazen. In de middag zien we een ellenlange trein naar Moskou vertrekken, voor die Russen zit de vakantie erop, de volgende trein komt eraan.
We worden over het algemeen geholpen door vriendelijke, behulpzame jonge mensen die, zodra ze merken dat we ons best doen Russisch te spreken of de menukaart te ontcijferen, iemand gaan zoeken die Engels spreekt. Die wordt altijd gevonden en wil dat dan graag met ons oefenen.
11 juli 2006. Op zoek naar een camping (campienjk)
Weer: zonnig, 30°
We rijden langs de
zuidkust richting Yalta. Direct na Feodosia verandert het landschap. Heuvels, bergen, druivenvelden en wijnproeverijen langs de weg. We rijden veel op het kompas, omdat de weg toch wel wat mager staat aangegeven. We passeren veel badplaatsen: Kokotebel, Sudak, Alusta. We hopen hier een camping te vinden, maar dat is ijdele hoop. De stranden zijn bomvol en het lijkt op de Costa Brava in het hoogseizoen. Sinds de Russen vrij kunnen reizen doen ze dat massaal. We lezen dat jaarlijks, tussen mei en september, twee miljoen Russen de Krim bezoeken. We slingeren richting Yalta, hier een soort Franse Rivièra idee en dat is eigenlijk niet wat we zoeken en dan…. komen we het eerste bordje camping tegen. |
We volgen de weg en
komen uiteindelijk bij een hotel terecht. Het is in de bergen, rustig en mooi. Het heet een camping, omdat er blokhutten voor grote families worden verhuurd. De oudere dame die ons inschrijft bij het hotel spreekt geen Engels, maar een beetje Duits en dat is ook prima. Ze schrijft alles op en er zijn nu ook twee paspoorten nodig. Ze vraagt of we al ergens anders geslapen hebben op de Krim en of we de 10 Hryvnia toeristenbelasting al hebben betaald. |
Dat weten we niet,
later bedenken we dat dit dus waarschijnlijk de 10 Hryvnia
zijn die we bij de grenspost moesten betalen.
Door een
bos klimmen we naar de Uchan-Su, men zegt de hoogste (???) waterval van Europa (98m).
12 juli 2006. Richting Sebastopol
Weer: zonnig, 30°
Na een goed
ontbijt vervolgen we de kustweg en zoeken we het Livadia Palace, de
zomerresidentie van Tsaar Nikolai II. Het is een mooi gebouw met uitzicht over
Yalta, de Zwarte Zee en het is omgeven door een prachtige tuin. Je kunt je wel voorstellen hoe hier is geleefd. De Romanov's hebben hier, voor hun arrestatie (1915), maar vier zomers van kunnen genieten. |
Later is het paleis bekend geworden door de Yalta Conferentie in februari 1945. Stalin, Rooseveldt en Churchill hebben hier vergaderd over het lot van Duitsland na WO II en hebben de 'Declaration on Liberated Europe' hier ondertekend. De vergaderzaal en foto's van deze bijeenkomst zijn tentoongesteld.
We rijden weer
verder en volgen voor de tweede keer een bordje camping. We komen uit bij een
kleine baai waar men bezig is een gigantisch hotel te bouwen denken we. We zien
weer huizen te huur, maar geen camping zoals we dat gewend zijn.
We besluiten
verder te rijden. De kust is hier rotsachtig en steil naar beneden ook geen plek
om zo maar te gaan staan.
In de middag arriveren we in Sebastopol. Een mooie
schone stad.
Pas eind jaren negentig is deze stad opengesteld voor toerisme,
daarvoor konden er alleen militairen komen.
Ook in Sebastopol
geen camping gevonden en we logeren in het Sebastopol hotel.
Stalin's grootste trots, omdat hij het na WO II snel heeft laten herbouwen. Sebastopol is erg Russisch en wil dat ook graag blijven tegen de zin van Kiev die daarom ook hier een deel van de regering heeft gevestigd. Het schijnt zo te zijn dat dit de enige plaats is waar mensen elkaar nog begroeten met tovarisch (kameraad). |
We gaan naar de
haven om te informeren naar ferry's richting Istanbul of Constanza.
Met behulp
van ons Russische woordenboekje en een aardige dame komen we er achter dat er
één keer per week een ferry waar auto's op kunnen naar Istanbul vaart.
De boot
is deze ochtend vertrokken. We denken nog na wat we gaan doen.
Op de terugweg laten
we ons verleiden door een andere dame voor een tochtje in een sloep door de
haven waar we de Oekraïense en Russische zeevloot kunnen zien. Voor de Russen hoeven we niet meer bang te zijn, want alles ligt een beetje weg te roesten. Grappig om te zien en lekker om al het Russisch niet te verstaan. De gids doet haar best om ons iets duidelijk te maken en schettert door de megafoon wel drie keer: SHIEP, STALIEN, HIETLER. Er blijkt nog een vervallen schip van deze twee personen te liggen. |
Met ons Engels komen we in deze stad niet ver. Als we 's avonds bij een stalletje water kopen, zegt een vlotte dame, "No English !, Deutsch, Français…Oui". Nico schakelt over in het Frans en er ontstaat een aardige conversatie. Ze blijkt uit Wit-Rusland te komen en woont hier tijdelijk met haar man en zoon van 12 jaar. Ze heeft in Amiens gewoond vandaar haar vlotte Frans en van origine geeft ze les. Ze vindt het hier maar een rommeltje, chaos liever gezegd. In Wit-Rusland is alles beter georganiseerd. De mensen hier zijn saai en er is weinig humor. Wij vinden Sebastopol een mooie, schone stad.
De stad is eind 18e eeuw door de
Russen gebouwd na de overwinning op de Krimtataren. Als een van de weinige ijsvrije havens van Rusland werd het de basis van de Russische Zwarte Zee vloot. Sebastopol was een gesloten stad, exclusief voorbestemd voor de huisvesting van Russisch marinepersoneel en hun families. Na het uiteenvallen van de Sovjet Unie werd Sebastopol plotseling Oekraïens en de Zwarte Zee vloot onderling verdeeld. Dit veroorzaakt nog steeds een ernstig conflict. In 1997 is een compromis bereikt. De Russen leasen de haven voor 20 jaar in ruil voor olieleveranties en het afzien van territoriale aanspraken op de Krim. De volgende tijdbom? Pas in 1997 werd de stad ook opengesteld voor derden. Nadat de burgemeester van Moskou aanspraken wilde maken op Sebastopol heeft Oekraïne een deel van zijn regering nu ook hier gevestigd om de afspraken beter te kunnen bewaken. Dit bleek ook weer nodig tijdens een conflict met Rusland dat in 2003 een dam ging aanleggen door de straat van Kerch naar het kleine Oekraïense eiland Tuzla. |
13 juli 2006. Sebastopol
Weer: zonnig, 30°
We volgen een plan.
Eerst hebben we de Pokrovskii Sobor kerk bewonderd. Heel apart. Daarna doorgelopen naar het Sebastopol panorama, een levensgroot 360° schilderij van de slag om Sebastopol in 1855. Het is heel mooi gemaakt, er zijn veel details in verwerkt en een indrukwekkend geluid van de oorlogshandelingen. Hierna lopen we naar de haven en brengen een bezoek aan het maritiem museum. We zien, buiten een dosis Sovjet propaganda, de geschiedenis van de Russische marine en een tentoonstelling over de Krim oorlog. In de stad staan veel heroïsche monumenten over de grote daden van de Russische marine. We wandelen nog wat verder over de twee boulevards (Nakhimova en Morskaya) waar de dure winkels in opkomst zijn. |
||
We eten lekkere
sandwiches met zalm aan de haven. Zoals eerder gezegd zijn de gerechten zeer smaakvol en kleine porties wat wij erg prettig vinden. Toerisme is behoorlijk aan het aantrekken, veel eettentjes aan de haven en stalletjes met souvenirs en de verkoop van excursies. Voor het slapen halen we nog even wat water bij de Wit-Russische dame. |
Toerisme trekt inderdaad aan maar
alleen voor Russen en Oekraïners. Individueel reizen wat wij doen is nog zeldzaam. De handicap is de taal en het feit dat er alleen informatie is in het Cyrillisch en Oekraïens. Een andere taal kom je niet tegen, ook niet in musea. Zo hebben we geen achtergrondinformatie over het enorme Panorama scherm maar hopen dat later op internet te vinden. De mensen zijn wel behulpzaam, zoals twee oudere dames die daar toezicht hielden. Wij hadden geluid gehoord bij binnenkomst en met behulp van ons woordenboek waar we eerst 'geluid' aanwijzen wat geen indruk maakte maar het woord 'lawaai' wel, deden ze alle moeite om de gidsen van groepen die binnen waren iets te vragen of te zeggen en na 10 minuten ging de bandrecorder aan en kwam het hele Panorama een paar minuten tot leven. Een tip wilden ze niet aannemen. Sommige ouderen spreken wat Duits waarbij ze vertellen in Duitsland gewerkt te hebben. We vragen maar niet wanneer. Engels komen we tegen bij parkeerwachters, jonge studenten die wat bijverdienen. Er zijn wel groepsreizen naar Oekraïne, zoals een cruise over de Dnjepr vanuit Kiev naar de Zwarte Zee en leggen cruise schepen aan op De Krim. Internet info: Panorama gebouw heeft een diameter van 36 meter. Doek is 14 x 115 meter. De oppervlakte van de presentatie is ± 1000 m2. 14 mei 1905 voor het eerst geopend bij de 50 jarige herdenking van de verdediging van Sebastopol die 349 dagen geduurd heeft. In WO-II werd het gebouw en doek beschadigd en een gedeelte gered en met een marineschip in veiligheid gebracht. Na de oorlog werd het gebouw hersteld en het doek door 17 Moskouse kunstschilders in 3 jaar gerestaureerd. |
14 juli 2006. Onderweg naar Odessa
Weer: beginnen met onweer, daarna halfbewolkt, 27°
We rijden een
stuk door de bergen van de Krim, nemen een verkeerde afslag en belanden
uiteindelijk in een doodlopend dorp waar we wel het dagelijkse leven kunnen
zien, maar echt niet zouden willen wonen. We keren om en vervolgen onze weg, het
landschap wordt weer vlakker en we komen meer in een steppeachtig gebied.
Nu
zien we de geiten-, schapen- en ganzenhoeders verschijnen.
We zijn weer een grenspost gepasseerd en hebben de Krim verlaten. Een aparte
ervaring. De meeste inwoners voelen zich sterk verbonden met Rusland en zouden het liefst weer bij Rusland horen en niet bij Oekraïne. De toekomst zal het leren. |
We gaan binnendoor
richting Yevpatoriia waar we zandstranden tegen moeten komen en dat gebeurt.
Het zand is vermengd met mooie, zwarte, platte kiezels. We vinden een
goede plek aan zee en het dak gaat omhoog. We zwemmen voor het eerst in
de Zwarte Zee en denken hier wel een nachtje te kunnen blijven. De
Gelderse linnenservice komt ook even zwemmen! Er komt echter steeds meer, voor ons gevoel, duister volk om ons heen staan in auto's met geblindeerde ruiten en veel drank. We besluiten aan het eind van de middag verder te rijden. We zien nergens een goede slaapplaats en het begint al donker te worden. |
Bij Krasnoperekops'k komen we een rits eettentjes en
barretjes tegen. We lopen rond, echt vrolijk wordt er niet gekeken tot het
laatste tentje.
De dame heeft Shaslicky te eten en bier van de tap.
We kijken of
we hier kunnen parkeren en slapen. Het is vrijdagavond en ook hier gaat men uit.
In elk geval past de hoeveelheid alcohol die wordt genuttigd bij een
volgende vrije dag.
Hier wordt het ook steeds drukker en we zoeken een andere
plek.
We rijden door een woonwijk waar het er erg troosteloos en donker uitziet.
Het
rangeerterrein van de treinen lijkt het best. Daar brandt ook nog een een enkele
lamp.
Even later zien we uit het niets mensen te voorschijn komen. Ze kruipen met
fiets en al onder de treinen door richting de barretjes aan de overkant en zijn
keurig gekleed.
We kijken er nog een tijdje naar en gaan dan slapen,
lekker onder ons eigen dekbed en nemen aan dat het hier wel veilig is.
15 juli 2006. Nog steeds onderweg naar Odessa
Weer: bewolkt, 25° tot 31°
We zetten eerst maar eens koffie en kijken wat er buiten gebeurt. Treinen worden gerangeerd en we zien een lange passagierstrein langzaam vertrekken en weer mensen die in nette kleding onder de treinen doorkruipen. Ze kijken schielijk onze kant op, maar durven niet echt te kijken, wij ook niet.
We stippelen de
route uit, eerst naar Kherson waar we de Dnjepr voor de laatste keer kruisen.
Daarna rijden we door Mykolaiv, vroeger werd hier de Russische vloot gebouwd en
was hier dus de grootste scheepswerf van de Russische staat gevestigd. Nu dit alles niet meer nodig is, is de stad ernstig in verval geraakt en is het de harddrug hoofdstad van Oekraïne, tevens lijden hier veel mensen aan aids. In onze reisgids staat onder het kopje: 'getting there and away', 'the best part of Mykolaiv is leaving.' |
Wij rijden er doorheen.
Onderweg verandert
het landschap weer in de ondertussen vertrouwde akkers en zonnebloemvelden.
Sommige graanvelden zijn al geoogst en sommige velden met zonnebloemen zijn
klaar om geoogst te worden wat een hele mooie gele gloed door het land geeft.
Na het verlaten van
de Krim wordt de weg weer verraderlijk. Sommige stukken zijn goed en andere
gedeelten ronduit slecht, we stuiteren er overheen. Ook de medeweggebruikers zijn niet te vertrouwen. Er wordt blind links en rechts ingehaald, de rijstijl is asociaal en ook de auto's variëren van oude langzame met meloenen of tapijten volgeladen Lada's tot Porsche's, Lexus' en andere dure bakken. Er zijn weer veel politiecontroles, maar die worden volgens ons gewoon genegeerd door de snelheidsmaniakken. |
In de middag komen
we aan in Odessa. Onze stadsplattegrond is beperkt en heeft geen
Cyrillische/Russische straatnamen wat echt onhandig is. We kunnen het hotel
niet snel vinden. In een plaatselijke Engelse boekhandel vragen we de weg en we
zijn in de buurt. Het hotel is vol en we zoeken een ander, maar kopen eerst bij
een stalletje op de hoek een gedetailleerde Cyrillische/Russische kaart en dat
helpt.
We checken in en maken een eerste stadswandeling.
Tegenover ons hotel ligt het Panteleimonovsky klooster waarvan de klok handmatig wordt geluid door een monnik die met een voorwerp tegen de klok slaat. Even verderop in de straat staat een mooie moskee.
De Orthodoxe kerk is de hoofdstroom qua geloof in Oekraïne. De Oekraïense Orthodoxe kerk is mystiek en meditatief en Oekraïners belijden hun geloof met uiterlijkheden als gebed, heiligen en iconen om zo tot een dieper spiritueel proces te komen.
De Orthodoxe heilige is het hoogste religieuze symbool en elke kerk heeft wel één lichaam van een heilige. Ook de Iconen vertegenwoordigen het Orthodoxe geloof en beschermen de mens voor het kwade. In de kerken zijn geen kerkbanken te vinden, omdat zittend bidden een zonde is. Een traditionele dienst op zondag duurt 2 ½ uur en de dienst met Kerst kan wel 7 uur duren.
In de Sovjetperiode werd de kerk onderdrukt, nu is het belijden van je geloof een teken van patriottisme en onafhankelijkheid. Gedurende onze reis zijn we dan ook veel kerken in aanbouw tegengekomen.
16 juli 2006. Odessa
Weer: halfbewolkt, 27°
We lopen naar het centrum. We zien mooie opgeknapte, maar ook oude vervallen gebouwen. We ervaren Odessa als een leuke, relaxte en levendige stad waar je goed kan winkelen, alle dure merken zijn aanwezig. Net als in Den Haag lopen we door een winkelpassage. Er zijn veel terrasjes die er verzorgd uitzien. Van oudsher wordt hier uitgebreid gekuurd, vroeger alleen door de rijke Russen, nu kunnen hier ook andere bevolkingsgroepen komen.
In de straten lopen veel voetbalfans in het oranje/zwart gekleed bewapend met toeters en andere attributen. We denken dat dit supporters zijn van het team uit de omgeving van Odessa. Het andere team is: Dynamo Kiev. We hebben gisterenavond al gehoord dat er een belangrijke voetbalwedstrijd plaatsvindt.
We wandelen door naar de haven en dalen af over de Potemkin trappen (192 stuks) naar de pier waar we het geflaneer, met of zonder flessen drank in de handen, aanschouwen.
We informeren weer
naar ferries naar Turkije of Roemenië. Er gaat één ferry per week
naar Istanbul en deze is op onze dag van
aankomst vertrokken. Dus vervolgen we later onze weg via de Donau delta naar Roemenie. We hopen daar een camping te kunnen vinden waar we een tijdje kunnen blijven en weer in onze camper kunnen leven. |
Odessa is de stad van
de humor en grappenmakers en hier komen ook de meeste Russische
entertainers vandaan. Odessa's nationale feestdag is op 1 april. De 'Vader van Odessa' is een Fransman, de Graaf van Richelieu, die de Russen aangevoerd heeft tegen de Turken bij Ismail. Zijn standbeeld staat bovenaan de Potemkin trappen gekleed in een Grieks gewaad. Hij werd door Tsaar Alexander I benoemd tot gouverneur van de stad. Hij bepaalde dat 1/5 van het inkomen van de haven besteed moest worden aan de verfraaiing van de stad. Daarin is hij goed geslaagd. |
17 juli 2006. Onderweg naar de grens met Roemenie
Weer: halfbewolkt, 20°- 23°
We rijden binnendoor
richting Ismail dat aan de Donau delta ligt. Een mooie niet drukke weg door het
platteland. We passeren weer akkers, zonnebloemvelden en kleine dorpjes. We
rijden langs een grote vrachtwagen vol met graan, later haalt hij ons weer in
omdat we voor een verkeersbord puzzelen welke kant we op moeten. Het kompas
helpt ons meestal heel goed, maar het bestuderen van verkeerborden blijft nodig.
Bij het eerst volgende grote kruispunt komen we de chauffeur van de vrachtwagen
weer tegen. Hij roept iets tegen ons wat we natuurlijk niet verstaan. Hij stapt
uit en helpt ons de weg te wijzen en maakt duidelijk dat het nog 100 km naar Ismail is. Als hij weer in z'n truck zit roept hij nog: "God bless you."
We
komen aan in Ismail en zien voor het eerst een bordje City Center, Post Office,
best weer leuk om alles direct te kunnen lezen.
Aan de oever van de
Donau en drinken wat. We hebben twee hotels gezien en denken hier een nachtje te
blijven, want het ziet er leuk uit.
Het eerste hotel is in de stad, maar bij
nader inzien vertrouwen we niet helemaal wat daar gebeurt en rijden naar het
andere hotel net buiten het stadje.
Die heeft geen plek. Dan maar door naar Pehi, de grensovergang met Roemenie.
We denken dat het de enige overgang is
zonder dat Moldavië er tussen zit, maar een aardige Oekraïense grensbeambte
maakt duidelijk dat er toch nog een stukje Moldavië tussen zit, maar liefst
800m.
Hij laat ons verder gaan, maar van de Moldavische politie mogen we niet over het kleine stukje Moldavisch grondgebied, omdat we geen transitvisum hebben en die kunnen we ook
niet ter plekke kopen.
Een grensbeambte loopt nog naar binnen met onze
paspoorten, maar de chef beslist, we mogen er niet doorheen en moeten omdraaien.
Even omschakelen
en we maken een ander plan. We denken nog aan varen, maar er zijn geen ponten
naar de overkant. De enige oplossing is om
om Moldavië heen te rijden en we zien dan wel of we alsnog Roemenie ingaan of
kiezen voor Slowakije of Hongarije.
Het is inmiddels
19.00 uur en we zoeken een plek om te slapen. Vrij snel vinden we iets tussen
begroeiing naast een zandpad waar de lokale bevolking voorbij komt op
motorfietsen, paard en wagen of lopend, steelse blikken werpend op die twee
asielzoekers met een auto waar het dak van omhoog kan.
Iedereen is nu dus op de
hoogte. We maken
een blikje open en slapen in alle rust van de omgeving met uitzicht over de
Donau naar Roemenië.
Voor vertrek uit NL was ons bekend dat we een visum voor Moldavië nodig hadden. Dit is aan de Roemeense grens met Moldavië te kopen. Vanuit Oekraïne kan het visum niet gekocht worden, waarschijnlijk vanwege een grensconflict dat ze hebben met Moldavië en moet je naar Brussel om het te regelen. De zuidelijke grens met Roemenie is ruim 100 km lang en wordt gevormd door de Donau en er is maar één grensovergang. Op geen enkele kaart die wij bekeken hebben en info van internet is te zien dat er op deze post ook een Moldavische controle is en hoewel we geen zekerheid hadden, hebben wij het risico maar genomen. Nu weten we het. We hebben Roemenie wel zien liggen aan de overkant. We hadden het nog mooier kunnen zien als we de oude wachttoren van de Sovjets aan deze kant beklommen zouden hebben. |
18 juli t/m 21 juli 2006. Onderweg naar de grens met Hongarije
Weer: halfbewolkt, 19°- 25°
We worden 's morgens eerst begroet door een jong stel, nadat wij ons beste 'dobre oetra' hadden laten horen. Ze kijken verwonderd naar onze auto met het dak omhoog. Ze kijken binnen en weten niet wat ze zien. Even later komt een schaapherder met schapen langs, ook hij groet terug en hij maakt duidelijk dat hij de talen: Oekraiënski, Moldavski, Russki en Polski spreekt. Wij niet dus. We begrijpen elkaar wel en wensen elkaar een mooie dag.
We moeten kilometers terug en pakken nu de 'hoofdweg' via Bolhrad richting Odessa. Onderweg bij Palanca staat een uitgebreide vaste politie- en/of grenscontrole, onduidelijk waarom maar uiteindelijk mogen we wel 10km door voor ons onduidelijk gebied rijden.
Oekraïne en Moldavië
hebben een conflict rond een eenzijdig op Moldavisch grondgebied
uitgeroepen en aan de Oekraïense grens liggende republiek
Transdnjestrie. Een door de Russen gesteunde, Russischtalig ministaatje, bekend als wapen smokkelroute tussen Oost en West. Of we nu door dit ministaatje rijden of werkelijk door Moldavië wordt ons niet duidelijk. Het zijn wel Moldavische vlaggen en politie ambtenaren maar zij spreken geen Engels of Duits. Het staatje is op onze kaarten ook niet terug te vinden, we passeren wel de rivier de Dnjester. Na de Oekraïense controle aan de andere kant worden we staande gehouden door een keurig in uniform gestoken officier die wel Engels spreekt maar deze wil alle papieren zien, inclusief auto- en ziektekostenverzekering. Lastig dat sommige papieren alleen maar in het Nederlands zijn gesteld. Na afloop maar niet meer gevraagd door welk land we mochten rijden zonder visum. |
We puzzelen even op de kaart, want we willen natuurlijk niet helemaal terug naar Odessa. We vinden binnendoor wegen richting Kotovs'k en Balta. We zien heel veel van het plattelandsleven, ook veel vervallen Kolchoze bedrijven en oude verwaarloosde fabrieken.
De Perestrojka moet voor deze mensen een enorme impact hebben gehad. Plotseling hebben velen geen werk meer gehad, geen inkomen en het niet weten hoe je zelf een commercieel bedrijf moet runnen, heeft uiteraard veel gevolgen voor het bestaan. Niet voor niets lezen we dat er een forse emigratie opgang is gekomen in de eerste jaren na het uit elkaar vallen van de USSR.
Aan het eind van de
dag is er niets te
vinden om te slapen dus zoeken we weer een plek in het wild Noord van Balta. We parkeren op een doodlopend pad naast een groot korenveld en achter wat struiken zodat we wat uit het zicht staan van de weg. Dat leek ons wat veiliger. We hebben niet voor niets onze noodrantsoenen meegenomen. We eten ragout met vers brood wat we 's middags langs de kant van de weg hebben gekocht voor 2 H. De twee dames hadden geen wisselgeld, wel een doosje lucifers als compensatie. |
19 juli 2006.
Weer: halfbewolkt, 22°- 29°
We rijden verkeerd en belanden na een hele slechte weg uiteindelijk in een karrenspoor. We draaien om en rijden het slechte stuk weer terug. Gelukkig zijn we met een stevige auto. Het is niet gek dat we zoveel auto's en bussen met pech langs de kant van de weg zien staan, maar wonder boven wonder krijgt de chauffeur hem altijd weer aan de praat.
We stippelen de weg verder uit. We moeten weer goed opletten, want dit deel van Oekraïne spreekt wel Russisch maar men doet het niet en ook de plaatsnamen verschillen met het Russisch en Cyrillisch.
De bewegwijzering op
de route laat te wensen over en ondanks het kompas vragen we, zo goed en zo
kwaad als het kan, de weg. Behulpzame vrouwen snappen ons en roepen al knikkend en wijzend: "Pravoo, pravoo." Weer een woord geleerd, het betekent rechtdoor. Eerst geloven we het niet want de weg blijft slecht, maar dan komen we toch een bord tegen wat bevestigt dat we goed zitten. Het is opvallend dat de wegen in de dorpen en steden van slechte tot zeer slechte kwaliteit zijn en de wegen rondom wel meevallen. Onderweg komen we weer veel boerenleven tegen. Paard en wagen al dan niet gevuld met hooi, mensen werkend op het land met zeisen, diverse soorten hooimijten. Veel ganzen, kippen, koeien, geiten en schapen op de weg. Vrouwen die met emmers bessen sjouwen. Overal waterputten. Sommige huizen hebben een eigen put, maar ook veel putten in het midden van het dorp. |
We eindigen in
Kamients'-Podil'skyi. De rivier Smotrych splitst de oude en nieuwe stad.
Vanwege de diverse architectuur heeft Unesco deze stad op de lijst van
werelderfgoed geplaatst.
We zien ook hier weer veel Sovjet oorlogsmonumenten die
goed zijn onderhouden. In ons boekje lezen we dat er soms een vreemde geur over
de stad hangt vanwege de werkzaamheden in de grote Wodka fabriek.
Wij hebben het
niet geroken. Zowel de oude als de nieuwe stad ziet er in onze ogen wat verlaten
uit.
We slapen in hotel
Oekraïne, een oud Sovjetgebouw en zeker geen architectonisch hoogstandje.
Ondanks de renovatie kan het nog wel een ronde renoveren gebruiken. De dame achter de receptie legt ons uit dat we 'het knopski' van de boiler moeten indrukken voor warm water. De kamer is groter dan onze flat, er zit een woonkamer bij. We voelen ons helemaal thuis met de tv aan. We oefenen ons Oekraïens: 'dank je wel' is niet langer 'spazieba', maar 'djakoejoo' en 'tot ziens' is niet meer Dasviedanieja, maar Dopobashiena. Dwa pivo blijft gelukkig twee bier. |
20 juli 2006
Weer: zonnig, 22°- 30°
We besluiten om
niet bij Chervinivtsi de grens over te gaan naar Roemenie, maar dat we door de
Karpaten naar Hongarije gaan. We gaan richting Ivano-Frankivs'k naar Yaremcha.
Onderweg zien we ineens veel kleine winkeltjes met bloemen. Als ik goed kijk zie
ik dat het grafkransen zijn. Het is ons al opgevallen dat de begraafplaatsen er
zeer verzorgd uitzien, maar wel apart dat hier ineens zoveel bloemen worden
verkocht.
Even later komen we een begrafenisstoet tegen. Op een vrachtwagen
staat de nog open kist en de stoet loopt er, kruistekens makend, achteraan.
We
stoppen en stappen uit zoals de andere weggebruikers doen.
Even later weer een begrafenis nu met dichte kist. Zouden de mensen hier heengaan om te sterven?
Het schijnt trouwens een traditie te zijn om de overledene zeven dagen, veertig dagen en een jaar na hun begrafenis te bezoeken. Volgens de overlevering bevindt de geest van de overledene zich dan rond het graf. Een gewoonte is dan om een glaasje wodka op het graf neer te zetten waar de geest van kan drinken.
We rijden een tijdje langs de rivier de Prut en het landschap begint op Zuid-Duitsland
/ begin Oostenrijk te lijken. Onderweg wederom veel boerenleven
en we zien veel kasten van huizen in aanbouw, maar er wordt niet aan gewerkt. We
denken eerst dat het iets te maken heeft met het beëindigen van de corruptie.
Later komen we tot de conclusie dat er wel eens bouwvak kan zijn. Het is in elk
geval een goed teken dat er veel gebouwd wordt en mensen een betere behuizing
gaan krijgen.
We rijden tot
Rakhiv. Op onze kaart staat dat we het middelpunt van Europa passeren. De bewegwijzering zet aan tot nadenken, de voorrangsweg loopt door, maar het is verboden in te rijden?! We rijden via een andere weg door de inmiddels bekende kuilen en plassen en open putten. In het stadje eindigt de Karpatische spoorlijn en zo ziet het er ook uit. Verder zijn er voor wandelaars talloze mogelijkheden in de Karpaten. We slapen in een netjes gerenoveerd hotel. |
Rakhiv
claimt het geografische middelpunt van Europa te zijn maar nog
twee steden menen dat, één in Litouwen en één in Slowakije. Het is maar
net waar je de oostgrens van Europa bepaald, dat eeuwenoude debat is nog
steeds niet beslecht. Volgens deze foto wordt het middelpunt wel
duidelijk aangegeven. Geografisch 'middelput' alleen zichtbaar bij droog weer. De stad wordt gedeeltelijk beschermd onder het UNESCO World Biosphere Project en is tevens het eindpunt van de Transcarpation railway. Klinkt goed maar het stationsplein is een zandvlakte vol kuilen en de trein die er staat heeft z'n beste jaren achter de rug. Hij doet dan ook 5 uur over de afstand van 121 km naar Ivano-Frankivs'k. Later als wij verder trekken halen wij zo'n trein in met onze 50 km per uur. |
21 juli 2006
Weer: zonnig, 30°
We rijden door het dal van de Karpaten langs de rivier de Tisza richting Berehove en passeren de grens met Hongarije bij Beregsurány-Lužanka. Het is niet druk bij de grens en hoewel de grensbeambte enige tijd bezig is met het intypen van de nummers verloopt het 'uitchecken' uit Oekraïne zonder problemen.
We hopen een rustige grenspost
uitgezocht te hebben en dat klopt. Er staan maar drie Hongaarse auto's voor ons. De laatste met vier oudere mensen waarvan de chauffeur erg zenuwachtig reageert op alle vragen en opdrachten van de beambte. Ik vermoed dat oma achterin op alle smokkelwaar zit en pretendeert niet te kunnen lopen. Alles moet open en uiteindelijk mogen ze verder. Ik mag ook met alle papieren aan het loket verschijnen en de vriendelijke dame voert werkelijk alle nummers van autopapieren en groene kaart in de computer. Als ze alles weet, waarbij wij de niet begrepen vragen zo goed mogelijk beantwoord hebben, komen er na 20 minuten stempels in de paspoorten met bij mij een extra stempel met het kenteken van de auto. Als wij klaar zijn staan er minimaal 30 auto's achter ons en zijn wij inderdaad zonder problemen gepasseerd. Als wij even later een zijweg inslaan om bij een 'restaurant' geld te wisselen staat onze voorganger tussen de bomen geparkeerd en de chauffeur buiten te worstelen met zijn onderbroek. Zou hij de contrabande daar gestopt hebben en niet onder de rokken van oma, of van de zenuwen...................? |
We zijn 6413 km verder.
Dopobashiena of Dasviedanieja Oekraïne
Oekraïne, een mooi land met, naar
het lijkt schuchtere, mensen. Maar wat wil je als je altijd hebt geleefd met
onderdrukking, corruptie en wantrouwen. Veel Oekraïners komen er nu pas achter wat er allemaal werkelijk in hun land gebeurd is en dat dit niet is wat hun ooit verteld werd. Op papier is er persvrijheid na de onafhankelijkheid van 1991, maar de geprivatiseerde media was in handen gevallen van relaties van de president en werd er nog steeds censuur toegepast. Sinds 1998 zijn er minstens 10 vrije journalisten onder verdachte omstandigheden omgekomen waarvan er één in 2000 onthoofd in een bos bij Kiev gevonden is. Sinds de Oranjerevolutie is de generatiekloof tussen de oude in de Sovjet Unie opgeleide politieke elite, gretig gesteund door Rusland, en de jonge meer westers geschoolde politieke elite veel duidelijker boven gekomen. De geografische kloof, Oost van de Dnjepr is Russisch georiënteerd en West van de Dnjepr Europees, is zelfs voor ons duidelijk merkbaar. De Krim is heel apart en sterk Russisch georiënteerd en een tijdbom. Een mooi land, met prettige mensen dat zich naar boven worstelt uit een beerput van leugens en corruptie en hard werkt om lid te kunnen worden van de EU, daarbij gesteund door de Polen, die graag een buffer zien tussen het GOS en hun land. Het zal nog wel een tijdje duren voor het zover is. We wisten niet waar we aan begonnen en onderweg soms niet waar we mee bezig waren maar het was voor ons een leerzame en enerverende reis waar we geen moment spijt van hebben. |
--O--